Vocabulaire
Vocabulary
be
zijn
Zinnen
Phrases
They are
Zij zijn
Werkwoorden vervoegen
Verb Conjugations
niet-finiet
non-finite
indicatief
indicative
tegenwoordige tijd
present
verleden tijd
preterite
imperatief
imperative
Gerelateerde lessen
Related Lessons
Zijn (samentrekkingen)
To Be (Contractions)
Onvoltooid tegenwoordige tijd
Present Tense
Gebiedende wijs
Imperative Mood
Onvoltooid verleden tijd (onregelmatige werkwoorden)
Simple Past Tense (Irregular Verbs)
Onvoltooid verleden tijd (regelmatige werkwoorden)
Simple Past Tense (Regular Verbs)