Voorbeelden
Examples
She can do it.
Ze kan het.
How's it going?
Hoe gaat het?
Hoe is het?
It needs some pepper.
Het heeft peper nodig.
She asked that he do it yesterday.
Ze vroeg het hem gisteren te doen.
How much does it cost?
Hoeveel kost het?
It is worse than waiting in traffic.
Het is erger dan in de file staan.
It is mine
Het is het mijne.
It is necessary that he see the principal?
Is het nodig dat hij een bezoek brengt aan de rector?
I looked but couldn't find it.
Ik heb gezocht maar kon het niet vinden.
Ik heb gezocht maar ik kon het niet vinden.
What time is it?
Hoe laat is het?