Werkwoorden

Werkwoorden

Werkwoorden drukken een handeling, gebeurtenis of toestand uit. Werkwoorden worden vervoegd en gecombineerd met andere werkwoorden afhankelijk van de grammaticale categorieën persoon, tijd, wijs en aspect. In het Nederlands zijn bijvoorbeeld "rennen" en "zijn" werkwoorden.

Voorbeelden

Voorbeelden

Play kijken
kijken
Play praten
praten
Play dragen
dragen
Play zien
zien
Play komen
komen
Play hebben
hebben
Play rennen
rennen
Play spelen
spelen
Play lopen
lopen
Play willen
willen
Play zwemmen
zwemmen
Play weten
weten
Play zijn
zijn
Play zou
zou
Play doorgaan
doorgaan
Play zouden
zouden
Play zou moeten
zou moeten
Play had kunnen
had kunnen
Play zou mogen
zou mogen
Play zou kunnen
zou kunnen
Play zullen
zullen
Play wakker worden
wakker worden
Play verschijnen
verschijnen
Play weghouden
weghouden
Play Hij zou
Hij zou
Play gebeuren
gebeuren
Play opgroeien
opgroeien
Play ontstaan
ontstaan
Play flauwvallen
flauwvallen
Play pronken
pronken
Flag fr Frans Flag es Flag en Engels Flag it Italiaans Flag de Duits Flag pt Portugees Flag nl Nederlands